Vrijplaatsen

Ik ben in aanraking gekomen met zowel collectief eigendom als het begrip vrijplaats bij de OT301 in Amsterdam. De OT301 huisde de voormalige Filmacademie en is het pand dat wij als collectief in november 1999 kraakten om er te gaan wonen, werken en ruimte te ontwikkelen voor publieke activiteiten. Doordat we als collectief (vereniging EHBK) het pand in 2006 van de gemeente kochten, is de toekomst van deze bijzondere vrijplaats op lange termijn gewaarborgd.
Wat vrijplaatsen zijn en wat ze met collectief eigendom te maken hebben, hoor of lees je in dit hoofdstuk van verschillende vrijplaatsgebruikers. Daarnaast is er aandacht voor organisaties zoals Vrij Beton en Free Cultural Spaces, die zich inzetten voor het behoud van bestaande vrijplaatsen en het realiseren van nieuwe.
Artikel
Ivo Schmetz
Tahnee Jaftoran
Menno Grootveld
Ongeveer 7 minuten
Luister dit artikel

Vrijplaatsen zijn ondefinieerbaar maar essentieel

Vrijplaatsen bestaan in veel verschillende formaten en vormen. De ene heeft meer ruimte voor publieke functies en de andere meer voor werken of wonen. Sommige vrijplaatsen hebben een sterk politieke insteek, terwijl andere meer cultureel of sociaal-maatschappelijk georiënteerd zijn. Je vindt ze overal - zowel in Nederland als in het buitenland - en nergens, want echt veel vrijplaatsen zijn er niet meer over. Een deel van de nog bestaande vrijplaatsen is aangekocht en omgezet naar collectief eigendom. Andere zijn gekraakt. Een vrijplaats met een huurovereenkomst is natuurlijk ook mogelijk. Mijn voorkeur is waarschijnlijk wel duidelijk. Een vrijplaats wordt echter niet gedefinieerd door de gebruikte eigendomsconstructie, en ook niet door het wel of niet gebruiken van de term vrijplaats. Er zijn namelijk genoeg plekken die ik als vrijplaats zou bestempelen maar die zichzelf niet zo noemen. Omgekeerd kan het ook: plekken die zichzelf een vrijplaats noemen, maar dat door hun commerciële insteek naar mijn mening zeker niet zijn. Het begrip vrijplaats is moeilijk te definiëren, maar daarom niet minder belangrijk.

Gevormd door vrijplaatsen
Ik heb jarenlang in vrijplaatsen gewerkt, gewoond, gepraat, gedanst, geflirt en gelachen. Vrijplaatsen leerden me het leven te leven, los van de prikkel van constante economische waarde creatie. Het gemeenschappelijke, niet-hiërarchische karakter van een vrijplaats stimuleert om naar elkaar luisteren, samen te werken en je ego van tijd tot tijd opzij te zetten. Dat kost veel tijd en energie, maar levert net zoveel of nog meer voldoening op. Vooral de onvoorspelbare resultaten van ontstane collectieve krachten zijn interessant. Dat zijn de momenten waarop je beseft dat je als collectief tot zo veel meer in staat bent dan alleen, en dat vrije ruimte nodig is om gezamenlijke - niet door geld gedreven - experimenten aan te gaan. Ik durf zonder twijfel te stellen dat vrijplaatsen essentieel zijn voor een spannende, diverse stad en dat ze mij grotendeels hebben gevormd tot wie ik nu ben.

Vrijplaatsen gaan over de vrijheid om een plek gemeenschappelijk, naar eigen mening en idee in te richten.

Vrijplaatsen zijn niet te definiëren
Ondanks al mijn ervaringen en tijd in verschillende vrijplaatsen heb ik nog nooit een definitie gehoord (of gelezen) die de lading precies dekte. Wellicht is het feit dat vrijplaatsen (net als kunst) niet te definiëren zijn juist de kracht ervan en het bijzondere eraan. Ze verschillen van formaat, kleur, samenstelling, visie, organisatiestructuur en invulling. Ze zijn divers, experimenteel, sociaal, maatschappelijk en vrijgevochten, maar hebben allemaal een eigen identiteit. Vrijplaatsen (de naam zegt het eigenlijk al) gaan volgens mij over de vrijheid om een plek gemeenschappelijk, naar eigen mening en idee in te richten. Geen kaders, criteria en het liefst ook geen vastomlijnde functies, maar de vrijheid om zichzelf te zijn, zichzelf te definiëren en de gevestigde orde uit te dagen.

Plek voor experiment
Vrijplaatsen creëren een brug tussen het bewuste en onderbewuste, en de versmelting van verstand en intuïtie. Het zijn velden van energie. Een nieuwe horizon. Een gezamenlijk kunstwerk en een praktijk die organisch ontstaat, van onderaf. Horizontaal georganiseerd, voor en door lokale, kleinschalige, autonome gemeenschappen.
Samen experimenteren met het potentieel van verschillende perspectieven en functie-dynamieken. Het liefst voor de lange termijn in collectief eigendom, want de gedeelde verantwoordelijkheid en zelfbeheer die daarbij horen, zorgen voor individuele toewijding en collectieve wilskracht.

 

Niet-commercieel
Vrijplaatsen zijn wat mij betreft nooit commercieel ingesteld; ze bewegen eerder op afstand van de markt. Open, gastvrij, toegankelijk en betaalbaar voor iedereen. Door hun publieke programmering (kunst, muziek, film, eten, educatie etc.) staan ze in verbinding met de buurt, stad en andere geïnteresseerden. Zo kunnen het binnen en het buiten met elkaar vermengen. Sociaal, maatschappelijk, cultureel, plezierig en avontuurlijk - maar zonder noodzaak of dwang tot consumptie.

In beweging
De perfecte vrijplaats bestaat niet. Er zijn oneindig veel magische momenten en net zoveel onenigheid en tranen. Een interessante vrijplaats is altijd in beweging en een continu collectief proces met pieken en dalen. Jezelf steeds opnieuw uitvinden en herdefiniëren. Fouten durven maken en opnieuw beginnen. Vrijplaatsen betekenen veel overleg, streven naar consensus, radicale beslissingen en risico’s nemen, maar vooral ook ruimte voor toeval, twijfel en nieuwe ideeën.

Gentrificatie
De afgelopen jaren zijn er veel mooie vrijplaatsen ontruimd en verdwenen. De stad is daardoor minder avontuurlijk en minder divers geworden. Ruimte staat onder druk doordat de markt alles heeft overgenomen. Kunstenaars en creatieven worden met grote regelmaat - zonder het zelf te beseffen - gebruikt als gereedschap voor gentrificatieprocessen en stedelijke ontwikkeling. Alles en iedereen is gewild of ongewild in dienst van het grote geld.
In Amsterdam anno 2023 bestaat en functioneert alles in een staat van permanente tijdelijkheid: flexcontracten voor werken en wonen, antikraak wonen zonder rechten, tijdelijke broedplaatsen in afwachting van herontwikkeling, Airbnb’s en ga zo maar door. Collectief eigendom kan helpen om die spiraal te doorbreken door tijdelijkheid om te zetten naar lange termijn. Permanent, zonder winstoogmerk en zonder druk van de markt. Plekken zoals de OT301, OCCII, het Plantage Dok, het Domijn, Nieuw en Meer, Zaal100 en Vrankrijk zijn gelukkig al in collectief eigendom en zullen daarom niet snel verdwijnen. Maar wat mij betreft is dat niet genoeg. We hebben meer en nieuwe vrijplaatsen nodig om de stad leefbaar, interessant, divers en spannend te houden. Tijdelijke broedplaatsen zijn niet genoeg. Ik ben natuurlijk voor betaalbare ruimte voor kunstenaars, maar door de tijdelijkheid en de niet-collectieve organisatiestructuur van de meeste broedplaatsen, zijn ze eerder gentrificatieversnellers dan een bewijs van visie voor de lange termijn.

 
 
 
 
 
 
 

Expeditie Vrije Ruimte
Na de ontruiming van bijna alle mogelijk te ontruimen vrije ruimte, kwam de gemeente Amsterdam in 2019 tot het inzicht dat vrije ruimte belangrijk en waardevol is voor de stad. Net te laat, want zo goed als alle vrijplaatsen van de stad waren met de grond gelijkgemaakt. Of was het net op tijd, omdat er nog steeds een groep mensen is die zich enorm inzet voor vrije ruimte in de stad? Te laat of op tijd doet er nu niet meer toe. Het meest belangrijke is dat vrije ruimte is geagendeerd en dat een team van de gemeente zich bezighoudt met de ontwikkeling daarvan. Ja, ik hoor je denken: ‘hoe ontwikkel je vrije ruimte met gemeentelijk beleid?’. Dat is inderdaad enigszins paradoxaal. Aan de ene kant ben ik er heilig van overtuigd dat vrije ruimte niet kan ontstaan uit gemeentelijk beleid maar uit eigen initiatief, van onderaf en zelf georganiseerd. Aan de andere kant ben ik blij dat de gemeente de vrijplaats eindelijk waardeert en meedenkt. We hebben namelijk alles en iedereen nodig in de strijd voor het behoud en realisatie van nieuwe vrije ruimte.

Vrijplaatsen zijn non-profit en vanuit principe en visie gericht op het creëren van een andere waarde dan financiële waarde.

Het is duidelijk dat er in de markt geen ruimte is voor vrijplaatsen. Ze zijn niet rendabel of winstgevend op een manier zoals de markt dat wenst. Vrijplaatsen zijn non-profit en vanuit principe en visie gericht op het creëren van een andere waarde dan financiële waarde. Het is positief te noemen dat de gemeente meehelpt om ruimte te vinden die kan worden gebruikt als vrije ruimte. Het feit dat dit tot nu toe slechts een paar tijdelijke plekken heeft opgeleverd, dat er een kostprijsdekkende huur aan verbonden is, en dat er niet gewoond mag worden, is minder positief. Ik wil niet zeggen dat vrije ruimte altijd gratis beschikbaar moet zijn voor degenen die daar werken of wonen. Het is echter zo goed als onmogelijk om een vrijplaats te runnen als daar een commerciële huurprijs voor wordt gerekend. Dan kun je geen betaalbare ruimte voor experiment, (sub)cultuur en sociaal-maatschappelijke initiatieven realiseren. Als de prijs te hoog is, word je als gebruiker gedwongen om te focussen op geld verdienen in plaats van op de niet-commerciële doelstellingen die je als vrijplaats hebt gesteld. Een vrijplaats die gebukt gaat onder de dwang om veel geld te verdienen, is geen vrijplaats maar een bedrijf.

Onmisbaar
Vrijplaatsen kunnen wat mij betreft een rol spelen in de transitie naar een meer regeneratief ingestelde samenleving of een zoals voorgesteld door de degrowth beweging. Zonder het te weten of er zelf bewust van te zijn, hebben vrijplaatsen van nature al een regeneratieve insteek en overlap met degrowth ideeën. Dit komt deels door de horizontale organisatiestructuur en het collectieve, niet-commerciële karakter. Maar het komt ook door de mate waarin er gerecyclede materialen worden gebruikt, door de voku’s (volkskeukens) die prima eetbaar voedsel redden van de vuilnisbak, door het repareren in plaats van nieuw kopen, door veel zelf te beheren, en zeker ook door het bieden van ruimte aan sociaal-maatschappelijke of activistische organisaties die nergens anders in de stad een plekje vinden.
Vrijplaatsen zijn daarnaast een deel van de voedingsbodem van de stad op het gebied van kunst en cultuur. De plek waar jonge ontwerpers, muzikanten, dansers, schrijvers en andere kunstenaars een podium vinden of creëren om hun werk te delen en zich verder te ontwikkelen. Zonder vrijplaatsen geen nieuwe aanwas voor de zogenaamde creative industry.
Het is spijtig dat maar weinig mensen zich beseffen hoe waardevol vrijplaatsen (en de kraakscene) zijn voor de stad. Dat juist deze plekken zijn ingesteld op opbouwen en herstellen in plaats van afbreken, vervuilen en ontnemen. Vrijheid en vrije ruimte bestaat of creëer je niet alleen voor jezelf. Je deelt het, voedt het, koestert het. Vrijplaatsen zijn niet te definiëren maar wat mij betreft het levende bewijs dat het anders kan en daarom honderd procent essentieel!